WKB wetgeving vanaf 2024
De Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) is een nieuwe wet die ervoor moet zorgen dat de kwaliteit en veiligheid van bouwprojecten verbeteren. De Wkb is daarmee onderdeel van de Omgevingswet die op dezelfde datum in werking treedt. De Wkb werd al in 2015 aangenomen door de Tweede Kamer en in 2019 door de Eerste Kamer, maar treedt uiteindelijk per 1 januari 2024 stapsgewijs in werking. Het nieuwe stelsel geldt eerst voor bouwwerken in de laagste gevolgklasse. Denk daarbij aan eengezinswoningen of kleine bedrijfspanden. Het nieuwe stelsel gaat naar verwachting in 2028 ook in voor grotere projecten en gebouwen. Maar wat houdt de invoering van de Wet Kwaliteitsborging precies in en welke gevolgen heeft dat voor je bedrijf?
Wat houdt de wetgeving in?
De Wkb gaat zorgen voor een herstructurering in de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid binnen de bouwsector. Voorheen waren bouwbedrijven veelal zelf verantwoordelijk voor het controleren van de kwaliteit van hun werk. Vanaf 1 januari 2024 komt daar verandering in door middel van de Wkb. Deze nieuwe wetgeving verplicht bouwbedrijven om een externe en dus onafhankelijke kwaliteitsborger in te schakelen tijdens het bouwproces.
De gemeente doet hierbij een stap terug, wat zorgt voor een intensievere samenwerking tussen het bouwbedrijf en de kwaliteitsborger. De kwaliteitsborger is ook de persoon die een verklaring moet afleggen waarin staat dat het bouwwerk 100% voldoet aan het vooraf samengestelde bouwbesluit. Met deze Wkb wordt ook de aansprakelijkheid vergroot ten opzichte van particulieren en professionele aannemers.
Doel van de Wkb wetgeving
Het doel van de invoering van de Wkb is het verbeteren van de bouwkwaliteit. Naast de verbetering van kwaliteit en veiligheid van bouwprojecten is het vergroten van de transparantie en vertrouwen in de bouwsector ook een doel van de invoering van de Wkb. Wanneer gebreken vroegtijdig worden opgemerkt door de kwaliteitsborger, zou dat moeten leiden tot minder bouwfouten en uiteindelijk meer tevreden klanten.
Verandering voor bouwbedrijven
Zoals eerder in de blog al duidelijk is geworden, voert het kabinet dus een nieuw stelsel van kwaliteitsborging in. De belangrijkste veranderingen worden nu verder toegelicht.
- De eerder benoemde kwaliteitsborger is de grootste verandering. De kwaliteitsborger is verantwoordelijk voor het waarborgen van de bouwkwaliteit. Deze onafhankelijke controleurs hebben de taak om zowel tijdens het ontwerpproces als tijdens de bouw zelf te verifiëren of een project voldoet aan de wettelijk vereiste technische normen. De kwaliteitsborger zal zelf een inschatting maken van de hoeveelheid toezicht bij een project. Gedurende de loop van het project kan dit op- of afgeschaald worden. In het geval dat de aannemer en kwaliteitsborger elkaar kennen, snappen ze elkaars manier van werken en kan het proces sneller verlopen, wat scheelt in de kosten.
- Wanneer de Wkb in werking treedt, is de aannemer aansprakelijk voor de gevolgen van alle gebreken in de bouw die hij zelf veroorzaakt heeft. De klant kan de aannemer dwingen om de gebreken te repareren, ook als de klant de fout pas later ontdekt.
- De aannemer is tevens verplicht om de klant te informeren over zijn verzekeringsdekking met betrekking tot faillissement en mogelijke risico’s met betrekking tot schade en gebreken. Deze informatie moet transparant aan de klant worden verstrekt.
- Normaliter zou op financieel gebied 5% van de bouwovereenkomst (de aanneemsom) direct naar de aannemer gaan. Na de invoering van de Wkb krijgt de aannemer dit bedrag pas wanneer de klant heeft bevestigd dat alle eventueel geconstateerde gebreken zijn gecorrigeerd.
- Bovendien kan de kwaliteitsborger of gemeente de bouwwerkzaamheden tijdelijk stilleggen wanneer er een tekortkoming wordt vastgesteld. Deze zal eerst opgelost moeten worden voordat er verder kan worden gegaan met de bouwwerkzaamheden.
Voor- en nadelen
Aan deze nieuwe wet hangen zoals altijd voor- en nadelen. Voordelen zijn bijvoorbeeld kwaliteitsverbetering, een toename in vertrouwen en een reductie in geschillen tussen aannemers en opdrachtgevers. Aan de andere kant zijn er de volgende nadelen: de toenemende administratieve lasten, aansprakelijkheid, mogelijke vertragingen en een stijging in kosten. De stijging in kosten kan gaan zitten in de kosten voor extra opleiding, certificering en naleving van de nieuwe regels, maar ook de kosten voor de extra administratieve lasten.